Bekentenis van een moeder

Ik schrijf dit terwijl ik me net opgesloten heb in mijn slaapkamer. Deur op slot, om afstand te creëeren tussen mij en m’n allerliefste kindjes.

Je kunt niet aan ze ontsnappen. Je bent en blijft (voor een groot gedeelte van de tijd) verantwoordelijk voor je kinderen. Ik kan een rondje lopen met de hond, maar daarna zijn m’n kinderen er nog steeds. Ik kan me opsluiten in de slaapkamer, maar daar moet ik weer een keer uitkomen. En ook, ze lopen achter je aan, en gaan aan de deur roeptoeteren.

En ik heb het al vaker genoemd, maar die jongensenergie kan ik soms niet aan. Op dit soort dagen, als ik zelf al niet in m’n beste hum ben, en dat aan elkaar zitten, meppen, schreeuwen, elkaar uitdagen, rennen, springen (of doen alleen mijn jongens dat?). Jongens zijn écht anders dan meisjes, want ik heb vergelijkingsmateriaal.

Als er een bureau omdondert, omdat stoelen niet gebruikt worden om te zitten, maar tafels. En dat een keukeneiland geen plek om te koken is, maar vooral om te oefenen om met een aanloopje erbovenop te kunnen springen. Een bank is niet om te zitten, maar vooral een springplank om saltootjes te oefenen. Een bed is niet om te slapen, maar vooral een valbak om vanuit het raamkozijn in te springen.

Is het al 20.00u?

(En oja, ik hoef het niet te zeggen, want je weet het wel, maar natuurlijk zijn ze de meest dierbare mensjes voor mij – en mochten ze dit ooit lezen, dan weet ik dat ze dat weten, maar het moet toch even gezegd worden).

Comments are closed.

Navigate