Divers

Kerkgang

M’n hele leven ga ik al naar de kerk. En ik houd ook wel van naar de kerk gaan.

Maar in de kerk zitten.

Ik heb iets tegen gebeden die op halve preken lijken. En toch zit ik er elke zondag.

Ik heb iets tegen zingen op hele noten. En toch zit ik er elke zondag.

Ik heb iets tegen preken om het preken. En toch zit ik er elke zondag.

Ik heb iets tegen preken waarbij je aan het begin al weet wat het punt is. En toch zit ik er elke zondag.

Ik heb iets tegen preken waarbij de werkelijkheid zo simplistisch voorgesteld wordt. En toch zit ik er elke zondag.

Waarom?

Bloed prikken

Gister was ik met onze oudste bij de dokter, en terwijl de dokter FG z’n nek controleerde, noemde hij allemaal moeilijke woorden, die de assistente vervolgens noteerde.

In de auto vroeg FG wat die moeilijke woorden allemaal betekenden. Ik: geen idee, een dokter heeft wel 12 jaar gestudeerd, dus daarom gebruikt hij allemaal moeilijke woorden, die ik ook niet ken.

Vandaag moest FG bloed prikken, om het één en ander uit te sluiten. De assistente prikte een ader, maar die was zo fijntjes dat er geen bloed uitkwam. Dus ze pakte een ander naaldje, zocht een andere ader op, en klopte een paar maal op z’n arm om z’n ader wat op te laten komen.

FG: ‘Heb je hier nou 12 jaar voor gestudeerd?’

Pareltje

Een pareltje uit Lang leve de liefde:

Vrouw: ‘Wat een man kan doen om mij te versieren? Dicht bij zichzelf blijven. Maar zeker op mij afstappen.’

Ja, dat kan nie hè.

Optocht

Gister met de opening van het culturele seizoen van scab liepen we met de aanwezigen van de ene locatie naar de andere locatie, onder leiding van een gids, en voorop liepen twee participanten van het project begeleidend op trommels te slaan.

We waren een bijzonder gezelschap, want door de stromende regen liep een lange sliert mensen onder tromgeroffel door het oude dorp.

Omstanders vroegen zich ook af wat wij eigenlijk deden. Meerdere malen werd een coronaprotest geopperd, of een andersoortig protest, of iemand dacht misschien toch een avondvierdaagse?

Bij de botterskuur werd onder leiding van theatervormgever Rob muziek gemaakt met mensen met een beperking. Rob heeft binnen zijn project geprobeerd het geluid van Urk te vangen.

Na afloop werd aan één van de deelnemers gevraagd: ‘En hoe groos ben je op deze uitvoering?’

‘Ja, ik ben erg lang.’

Het was een mooie avond.

Rood

Gister was ik namens een samenwerkingsverband op een bedrijfsbezoek.

Een flitsende, salesachtige kalende accountmanager leidde ons rond door het productiegedeelte van het bedrijf.

Enthousiast vertelde hij over het kleurensysteem dat ze hebben om werknemers in te delen: rood, blauw en groen. Rood staat voor onderaan de ladder, veel fouten maken, niet zelfstandig mogen werken, enz. Dus voor slecht als je het mij vraagt. Sowieso brengt ‘rood’ dat soort associaties ook met zich mee.

Ik: ‘dat is toch heel raar om zo je werknemers in te delen? Daar spreekt toch helemaal geen vertrouwen uit?’ (Terzijde: het is lastig voor dit bedrijf om zich personeel te vinden, en het verloop is hoog. Joh!)

Onze gastheer begon wat te stamelen en halfslachtig het systeem te verdedigen, en eindigde met: we zijn best wel een mannenbedrijf, met competitie, en niemand wil rood zijn.

Nou, ik zou er niet eens willen werken.

Urkers

Nu ik sinds een aantal maanden op Urk werk, hoor ik vooral van vreemden dat Urkers zo direct zijn. Dat je weet wat je aan ze hebt, ofzo. En dat zijn dan de vreemden (sorry, ik blijf het een leuk woord vinden) die wel lekker op Urk – op het gebied van werk dan – kunnen aarden.

In eerste instantie nam ik dat aan met een soort bereidheid die ik altijd heb als mensen beweringen uiten.

Maar het klopt volgens mij niet. Ten eerste kan die directheid van Urkers soms eerder toegeschreven worden aan het feit dat sommigen niet ruim in hun woorden zitten. Ten tweede, ik denk dat het meer met iemands persoonlijkheid te maken heeft of je direct bent of niet.

Urkers confronteren elkaar amper. Niet voor niets klinkt het adagium de laatste jaren overal ‘praat met elkaar’ en ‘maak gevoelens bespreekbaar’.

Lesje geleerd

De manier waarop ik denk, interpreteer en verwachtingen heb, betekent bij lange na niet dat dat ook voor een ander geldt.

Die les leerde ik gister.

En dan heb je nog lafbekken die gewoon hun waffel houden.

Die les leerde ik ook gister.

Ik heb een paar vragen voor je

Ik lees momenteel een heerlijk boek: ik heb een paar vragen voor je van Rebecca Makkai. Het is een soort ‘whodunnit’, (wit populair kostschoolmeisje wordt vermoord en de zwarte docent wordt veroordeeld – maar klopt dat wel?) maar eigenlijk is het verhaal veel meer dan dat. Vooral ook omdat Makkai met haar verhaal de tijdsgeest probeert te vangen. En dat doet ze best knap vind ik.

Zo is één van de zijsporen dat een (witte) student worstelt met de vraag of zij in haar (schoolopdracht) podcast mag proberen te achterhalen wie de echte moordenaar is. Mag een wit persoon het verhaal van een zwart persoon vertellen? Of ben je dan bezig met het procedé van ‘wit persoon wil de held spelen in een zwart verhaal’?

Ander zijspoor is dat de man van de hoofdpersoon wordt beschuldigd van me-too-achtige praktijken, en dat de hoofdpersoon het voor haar man opneemt, op Twitter, niet omdat ze zich niet bewust is van alle dynamieken die meespelen, maar gewoon omdat haar man een onhandige klunzige versierder is.

Normaal lees ik in kranten of via andere media opiniërende of beschouwende stukken over dit soort thema’s. Maar Makkai heeft deze thema’s in een roman vervat, met personages die (goed) tot leven zijn gewekt, en dan is de werkelijkheid toch een stuk gelaagder en complexer dan een opiniërend artikel in één of ander medium doet laten geloven.

Navigate